We landen in Vancouver, waar een frisse bries ons welkom heet. We verkennen diverse wijken, zoals het historische Gastown waar de stoomklok vrolijke deuntjes fluit, en het hippe Granville Island waar we langs kraampjes vol vers fruit en lokale lekkernijen struinen. Dan stappen we op de fiets voor een tocht door Stanley Park. Het pad slingert langs de kust en trakteert ons op spectaculaire uitzichten over de skyline, de haven en de bergen in de verte. Onderweg stoppen we bij de beroemde totempalen, stille getuigen van de eeuwenoude geschiedenis van de First Nations, de inheemse volken van Canada. De adrenaline piekt de volgende dag als we in het noorden van Vancouver deCapilano Suspension Bridge oversteken: 137 meter lang en 70 meter hoog boven een diepe kloof.
Manning Park: meren met een verhaal
Zodra we Vancouver verlaten en naar het oosten rijden, verandert het landschap en zien we groene heuvels en valleien. In Manning Park, een provinciaal natuurpark, kiezen we voor de populaire Lightning Lake Loop (8,5 km) en wandelen we langs meren met namen als Flash, Thunder en Strike. De aanwezigheid van de First Nations voel je hier nog altijd. Het bezoekerscentrum laat via een boeiende tentoonstelling zien hoe zij hier vroeger leefden. Aan het einde van de dag koelen we eerst af in het water van Lightning Lake, om vervolgens weer wat op te warmen bij het haardvuur in ons hotel.
Okanagan Valley: wijngaarden
We zakken af naar de Okanagan-vallei, waar het klimaat en de omgeving verrassend mediterraan aandoen. De zon schijnt, de heuvels zijn bedekt met wijn- en boomgaarden. Bij Kelowna stappen we op de fiets voor een rit van 24 km op 1200 meter hoogte. De verlaten spoorlijn van de Kettle Valley Railway leidt ons door de Myra Canyon, over houten spoorbruggen, langs diepe ravijnen en door uitgehouwen tunnels. Een spectaculaire tocht!
Mount Revelstoke: bloemenweides
Vandaag rijden we naar het noorden en staat het eerste nationale park van deze reis op het programma: Mount Revelstoke. We rijden omhoog over de 26 km lange Meadows in the Sky Parkway. Bossen maken plaats voor bergweides en we zien diepe valleien, slingerende rivieren en besneeuwde bergtoppen. Vlak voor de top op 1938 meter stoppen we bij Panorama Point, en de naam liegt niet. Later wandelen we vanaf het kleine Balsam Lake de Upper Summit Trail (2 km). Het is hier negen maanden lang winter, maar in juni, juli en augustus is er één grote bloemenzee.
Yoho: natuurwonderen in kleinste park
We ontdekken dat het kleinste nationale park in de Rockies misschien wel de grootste indruk maakt. In Yoho National Park dondert het water 373 meter naar beneden bij de Takakkaw Falls, een van de hoogste watervallen van Canada. Bij het smaragdgroene Emerald Lake maken we een vlakke wandeling langs de oevers, terwijl we kano’s door het water zien glijden. Yoho doet zijn naam eer aan: het inheemse woord (in het Cree) betekent ‘ontzag en verwondering’.
Banff: ken je bergklassiekers
Nu we in de provincie Alberta aankomen, doemen de ruigste pieken van de Rockies op. In Banff National Park rijden we van hoogtepunt naar hoogtepunt. We wandelen langs een rivier met watervallen in de Johnston Canyon en raken niet uitgekeken bij het beroemde Lake Louise. Het water is zo prachtig turquoise! Niet ver daarvandaan ligt het fotogenieke Moraine Lake, omlijst door tien grillige bergtoppen en gletsjers. ’s Avonds eten we in het gezellige stadje Banff.
Jasper: beer bij de weg
We volgen de legendarische Icefields Parkway (Highway 93) naar Jasper, dwars door de Rocky Mountains. Onderweg stoppen we bij het Columbia-ijsveld, waar we met een speciaal voertuig over het ijs van de Athabascagletsjer rijden. In Jasper National Park draait alles om ruimte en rust. We varen over het stille Maligne Lake en leggen ook even aan bij het iconische Spirit Island, een eilandje dat al decennialang op ansichtkaarten prijkt. Weer op de weg spotten we arenden en heel veel dikhoornschapen, soms op steenworp afstand. En even later zelfs een beer! Hij scharrelt wat rond in de berm. We stoppen op gepaste afstand om wat foto’s te maken. Wat een geluk. In de avond maakt de zon plaats voor een heldere sterrenhemel zoals je die maar zelden ziet.
Wells Gray: park vol watervallen
We zijn weer in Brits-Columbia en het is ‘chasing waterfalls’ vandaag in het Wells Gray Provincial Park, dat niet voor niets ‘Waterfall Park’ wordt genoemd. Op korte loopafstand van drie verschillende parkeerplaatsen zien we de brede (107 meter) Dawson Falls, de slanke (8 meter) Spahats Creek Falls en de 141 meter hoge Helmcken Falls, een donderend spektakel. Deze waterval komt uit in een diepe kom en is absoluut de mooiste van de drie.
Whistler: knus wintersportdorp
Vanuit Wells Gray rijden we naar het zuiden, naar Whistler. Dit gezellige bergdorp is vooral bekend vanwege de Olympische Winterspelen van 2010 die hier deels plaatsvonden. Maar ook in de zomer is hier genoeg te doen en is het het sportieve hart van de regio. We nemen er de Peak2Peak Gondola, waarbij we van de ene naar de andere bergtop zweven, terwijl we het prachtige uitzicht op ons laten inwerken. De volgende dag rijden we weer richting Vancouver, over de panoramische Sea to Sky Highway (Highway 99). Onderweg passeren we watervallen, steile bergwanden en niet te vergeten Jack’s Bar (The Watershed Grill in Brackendale) uit de serie Virgin River.
Tofino: walvissen in wilde zee
In Vancouver nemen we nu de boot naar Vancouver Island, het grootste eiland aan de westkust van Noord-Amerika. We slapen de eerste nacht aan de oostkust van het eiland, in Nanaimo, dat na Victoria de grootste stad op Vancouver Island is. Onze volgende bestemming is Tofino aan de westkust, een echt surfstadje. De kust is hier ruig, de sfeer heel ontspannen. We maken een boottour langs zeeleeuwen en spotten ook walvissen en orka’s. Ook proberen we beren te zien langs het water (helaas niet gelukt). We eindigen de dag op het eindeloze Long Beach in het Pacific Rim National Park.
Victoria: Canada met vleugje Brits
De reis eindigt op de zuidpunt van Vancouver Island in Victoria, de hoofdstad van de provincie Brits-Columbia. In de straten rijden Britse dubbeldekkers en het beroemde Empress Hotel waakt statig over de haven. We wandelen door de perfect onderhouden (bijna gemanicuurde) Butchart Gardens en slenteren door de kleurrijke, historische Old Town. Terwijl de zon zakt achter de haven, kijken we terug op drie weken vol natuur en avontuur. Wat is West-Canada toch betoverend mooi.